Kan digitalisering ons zorglandschap redden? Vier gezondheidsexperts breken hun hoofd over deze pertinente vraag in de videospecial van ‘Stemmen tot zorgen’. In dit eerste deel schetsen ze de zorgwekkende staat van ons gezondheidssysteem. “We bouwen hier in het Westen te veel verder op bestaande inefficiënte structuren.”
Abonneer je hieronder op ‘Stemmen tot zorgen’ via je favoriete podcastkanaal
Staat onze zorg zo zwaar onder druk als de media ons willen doen geloven? “Verschillende studies tonen dat toch aan”, zegt Dirk. “Heel wat factoren spelen daarin mee: de vergrijzing van de bevolking, meer diagnoses dankzij technologische evolutie en meer manieren om zorg te verstrekken. Daardoor neemt de zorgvraag toe, maar het aantal zorgprofessionals stijgt niet mee .”
“Onder invloed van die druk snakken zorgverleners naar vereenvoudiging. Ze willen weer meer tijd aan hun patiënten spenderen en minder met de steeds complexere administratie bezig zijn. Daarbij komt dat zorgprofessionals meer belang dan vroeger hechten aan hun work-lifebalans. Toen ik jong was, kon je de dokter van 7 uur ’s morgens tot 11 uur ’s avonds bellen. Tegenwoordig is dat anders.”
De toenemende druk op ons zorgsysteem heeft dus verschillende gezichten. Koen haalt er nog een belangrijk facet bij: de financiële druk. “Ik sprak deze week iemand die de minister van Financiën onlangs had gevraagd wat zijn grootste zorg is”, vertelt hij. “Dat was niet de inflatie, wel het toenemende aantal chronisch zieken. De kost daarvan loopt zienderogen op en wordt op termijn ondraaglijk.”
“De oplossing? Van een wit blad beginnen en ons zorgsysteem reorganiseren. Dan denk ik aan het China van tweeduizend jaar geleden. Een arts werd toen betaald om je als patiënt gezond te houden. Was je ziek, dan hoefde je niet te betalen”, legt Koen uit. “Dat is hoe de medische huizen vandaag werken”, pikt Karlien in. “Artsen krijgen daar een vast bedrag per patiënt, ongeacht hoe vaak die langskomt. Het is een van de eerste nieuwe initiatieven die die logica volgen.”
“Meer inzetten op preventieve zorg , zoals we het vandaag noemen, zou ervoor zorgen dat we geen bakken geld moeten spenderen aan bijvoorbeeld diabetici die evolueren tot dure nierpatiënten. Het geld dat zo vrijkomt, kan je weer investeren in iets digitaals waarmee je tien mensen preventieve zorg biedt voor een lagere kost dan één nierbehandeling. We staan in 2024 technologisch ver genoeg om die wereld binnen te stappen.”
“Globalisering kan ons helpen”, voegt Dirk toe. “De westerse landen bouwen te veel verder op bestaande inefficiënte structuren. Afrika, China en India zijn later ontwikkeld dan wij en denken hun gezondheidssystemen vaak nog ‘from scratch’ uit. Zo zetten ze veel meer in op nieuwe technologieën zoals artificiële intelligentie. De snelheid, kwaliteit en kostprijs die ze daar nastreven zal ons ook in het Westen in beweging brengen.”
“De overheid moet dat stimuleren, maar er is ook meer vertrouwen in de industrie nodig. Natuurlijk willen softwareontwikkelaars en verzekeringsinstellingen iets verdienen aan de gezondheidszorg, want zo werkt de markt. En dat drijft innovatie. Met de data die vandaag beschikbaar is, kunnen we perfect voorspellen wie diabeticus of nierpatiënt wordt. Laten we daarmee aan de slag gaan.”
Digitalisering kan dus helpen om de druk op ons zorgsysteem te verlichten. Karlien plaatst daar wel een kanttekening bij: “Het klinkt vanzelfsprekend, maar digitale tools moeten op maat gemaakt zijn van de gebruikers. Als patiënt wil je bijvoorbeeld makkelijk iets kunnen reserveren bij je apotheker via een digitaal platform. Dat heeft dan weer gevolgen voor de manier waarop die apotheker zijn medische software gebruikt. Beide kanten moeten op elkaar afgestemd zijn.”
“Dat patiënten en zorgprofessionals met verschillende systemen werken, bemoeilijkt de zaak. De ene apotheker heeft een connectie met de app die jij als patiënt gebruikt, maar een andere apotheker kent die app mogelijk niet. Dan heb je als patiënt een probleem als je niet bij je vaste apotheker terechtkan. Je bent niet zeker dat je de juiste zorg zal krijgen.”
In het buitenland bestaan enkele voorbeelden van hoe het wél moet. “Zo heb je in Frankrijk ‘déserts médicaux’, gebieden waar weinig zorgverleners zitten” legt Tom uit. “De overheid heeft daar kleine medische centra opgericht waar paramedici bijvoorbeeld oogtesten afnemen om glaucoom en cataract op te sporen. Alleen als het echt nodig is, verwijzen ze patiënten door naar de specialist. Je krijgt zo een onderbouw van minder gespecialiseerde, maar veel toegankelijke zorg.”
“In België zetten we gelukkig ook stappen. Mondhygiënisten ontlasten de drukbezette tandartsen, huisartsen krijgen ondersteuning van praktijkverpleegkundigen , apothekers mogen vaccineren. Zorg wordt zo laagdrempeliger, specialisten kunnen zich focussen op hun unieke expertise.”
“Een ander voorbeeld uit Frankrijk is ‘deuxième avis’. Twijfelt een arts over zijn diagnose, dan kan die meteen via digitale weg een specialist inschakelen voor advies in plaats van de patiënt het hele land rond te sturen. Het mechanisme is bovendien opgenomen in het Franse terugbetalingssysteem. Drempelverlagend voor zowel patiënt als zorgprofessional.”
“Je kan dat doortrekken naar iets patiëntgerichts”, vult Dirk aan. “In Frankrijk bestaat er ook een platform waarop je als patiënt een foto van je oog kan uploaden. Die komt terecht bij een community van erkende oogartsen. De arts die tijd heeft, kan die aanvraag ertussen nemen en oordelen of een doktersbezoek noodzakelijk is. Dat is snel, efficiënt en goedkoop voor iedereen.”
Verder lezen of kijken? Koen, Karlien, Tom en Dirk hadden het ook over deze onderwerpen:
Wil je meer ‘Stemmen tot zorgen’ horen? Abonneer je nu via je favoriete podcastkanaal!